Linker anterior fasciculair blok(Linker anterior hemiblok)
Inleiding tot fasciculaire blokken
De linkerbundeltak splitst in een linker anterior fascikel(AF) een linker posterior fascikel(PF). Zie figuur 4.
De AF=anterior fascikel: loopt naar boven en iets naar voren over subendocardiale gebied van li kamer. De PF=posterior fascikel: loopt naar onderen en naar posterior.
Gelijktijdige activatie over AF en PF veroorzaakt een vector die van re boven naar li beneden is gericht, de gemiddelde vector(3). Deze gemiddelde vector ligt in het zesassige stelsel op +60°. Zie figuur 5 en figuur 6.
Geleiding alleen over de AF veroorzaakt een vector die naar beneden en naar rechts is gericht(vector 1).
Geleiding alleen over de PF veroorzaakt een vector die naar boven en naar links is gericht (vector 2).
Kenmerken linker anterior fasciculaire blok
Bij een blokkade van de li anterior fascikel verloopt de activatie:
1. over PF -> vector 1 is naar beneden gericht -> II, III en aVF ->r-top van 0,02 sec.(r in III>II). I, aVL ->q-topje van 0,02 sec.
2. activatie waaiert naar boven en li uit ->vector 2 ->grote R in I en aVL, diepe S in II, III en aVF. De elektrische as ligt tussen -30° en -90°. We spreken over een li asdraaiing. Zie figuur 7 en assen als onderdeel van Capita Selecta.
Klik op onderstaande link voor een voorbeeld van een linker anterior fasciculair blok.